Na de bevrijding in 1945 komt een aantal leden van de oude kern van het koor weer bij elkaar. Besprekingen volgen en onder voorzitterschap van de heer T.C. Heyndijk komt men tot het besluit het gezelschap voort te zetten als een operakoor. men gaat repeteren in de school aan de Boomgaartstraat 52 te Rotterdam, onder leiding van dirigent Nico Ringels. Het bestuur bestaat uit de heer T.C. Heyndijk, voorzitter, de heer A. van Bregt, penningmeester en mevrouw B. v.d. Bosch, secretaresse.
Men stopt met het gastoptreden bij andere gezelschappen en het koor gaat werken aan een Belcanto-repertoire. Dit resulteert in het organiseren van operaconcerten, waarmee in de naoorlogse jaren in een grote behoefte wordt voorzien.